Vandaag ben ik ten huwelijk gevraagd! Gekleed in mijn koninklijke jurk zat ik te wachten tot hij gevonden had wat hij nodig had. Met de handen op de rug stond hij voor me. Verlegen vroeg hij: “wil je met me trouwen?” Nadat ik gecheckt had welk antwoord de koningin gaf, ze zei ja, haalde hij de kroon tevoorschijn die hij achter z’n rug had gehouden. Plechtig zette hij de kroon op mijn hoofd en nam mij mee naar zijn paleis. Hij ging naar de keuken en maakte heerlijke taartjes, toetjes, pannenkoeken. Samen smulden we van het lekkere eten.
En nu gaan we samen het land regeren!
Vanaf mijn troon kijk ik naar de kleine koning achter het fornuis. Nog geen half jaar geleden kwam hij hier binnen: mompelend, schichtig om zich heen kijkend. Wat moest deze vrouw van hem? Kon hij er wat aan doen dat hij bijna dagelijks met stoelen door de klas smeet, dat hij minstens één keer per week van school gehaald moest worden omdat ‘ie weer door het lint was gegaan? En wat moest hij hier, in die kamer vol speelgoed? “Hoe kan dit me dan helpen om niet meer boos te worden?”, vroeg hij na een paar weken, terwijl hij om zich heen wees.
Stapje voor stapje gaf hij mij zijn vertrouwen. Hij durfde nieuwe spelmaterialen te proberen, bedacht aarzelend om winkeltje te spelen, liet mij zien welk speelgoed hij thuis had. Ik bleef dicht bij hem, hielp hem als het even niet lukte om een spelfiguurtje goed neer te zetten en gaf woorden aan zijn spel. Ik zie jou, jij kleine stoelensmijter, ik zie jou in je behoefte aan steun. In je behoefte om de wereld te begrijpen. Want wat is die grote wereld te groot voor jou.
En dan vandaag: de kroon op het werk! Samen regeren in deze spelwereld! Het is gelukt om je krachtig te voelen! Niet door het smijten van stoelen, maar door te voelen dat je gezien wordt. En door te ervaren dat je het niet alleen hoeft te doen. De wereld is veel te groot om in je eentje over te regeren!